Fly en Classic groomen elkaar
Kun jij je paard ten alle tijde benaderen, of loopt hij soms weg, net als je hem echt even nodig hebt, bijvoorbeeld voor de hoefsmid. Dikke kans dat je paard je intentie al gesnapt heeft en aan je lichaamstaal heeft kunnen zien, dat je vandaag niet zo vrijblijvend als anders naar hem toekwam. Zijn maatjes in de wei kijken je meewarig na, terwijl jij keer op keer het hele weiland van voor tot achter door loopt, inwendig vloekend, omdat je ‘lieve schat’ het ineens vertikt te komen.
Hier zijn voor jou vijf tips om je paard beter te kunnen benaderen:
Tip 1: Benader je paard dan niet recht op zijn hoofd, maar loop steeds via een omtrekkende beweging naar zijn schouder en zodra je paard heel even ontspant: ‘beloon’ hem dan daarvoor door weer een stukje van hem weg te gaan, zodat voor hem de druk afneemt. Daarna herneem je je poging om hem te benaderen. Door het naderen en weer terugtrekken laat je je paard zien niet echt speciaal in hem geïnteresseerd te zijn en dit geeft je paard de boodschap: “mijn ‘roofdier’ is nu niet hongerig, dus hoef ik ook niet bang te zijn dat ik het volgende hapje wordt” Een roofdier dat hongerig is, zal altijd de prooi achterna jagen tot het de prooi gevangen heeft. Als jij je dus niet gedraagt als een roofdier, zal je paard zich ook minder als vluchtdier gaan gedragen.
Tip 2: Als je paard zich moeilijk laat vangen onder stress, zorg er dan voor dat je ‘alle’ tijd van de wereld hebt, zodat je paard niet jouw stress oppakt, die uiteraard nog wordt vergroot door de toenemende tijdsdruk. “Als je 15 minuten hebt om je paard te vangen, dan is de kans groot dat het een halve dag gaat kosten. Als je een halve dag de tijd hebt, dan lukt het misschien al binnen 15 minuten!”
Tip 3: Houd rekening met de persoonlijke ruimte van je paard! Een paard vind het onprettig en ervaart het soms zelfs als agressief als je steeds op zijn hoofd afgaat. Uiteraard vind jij zijn hoofd natuurlijk het mooiste onderdeel van je paard en kan je bijna je ogen niet van hem afhouden. Het is ons natuurlijke (roofdier)instinct om steeds aandacht op het hoofd te richten. Je paard ervaart dit echter heel anders. Het paard zijn instinct is erop gericht om deze aandacht zoveel mogelijk te vermijden en er zijn vele reacties op ons gedrag mogelijk, afhankelijk van de karaktereigenschappen van je paard. Er zijn paarden die er regelrecht bang van worden, je hebt paarden die er agressief van worden en verreweg de meesten zullen het ‘verdragen’ en draaien hun hoofd zoveel mogelijk van je weg. Dus als je de volgende keer je paard benaderd, vermijd dan zoveel mogelijk het gebied rondom het hoofd. Richt er ook je navel niet op en kijk er ook niet speciaal naar. Ik kijk zelf meestal naar de benen, of de schoft, want daar wil je zijn. Als je wel naar het hoofd van je paard kijkt (’t is tenslotte niet verboden, hoor) doe dit dan met een ontspannen blik (zachte ogen) en niet met strakke blik, want alleen roofdieren die proberen hun prooi te vangen kijken met gefocuste blik en zo’n blik herkent je paard direct en dat is de reden waarom hij dan reageert met wegwillen.
Tip 4: Als je dan eindelijk bij je paard bent aangekomen, wil je hem natuurlijk zo snel mogelijk een halster omdoen, voordat hij weer wegvlucht? Fout! Ik doe meestal wel eerst een touw om zijn hals om te voorkomen dat hij te gemakkelijk wegkomt, maar ik probeer meestal eerst de gunst van het paard te winnen door hem op een lekker plekje te kroelen. Een hele goeie plek, is de plek vlak achter de schoft, daar waar het zadel zou liggen. Het is de plek waar paarden elkaar ‘groomen’ (=elkaar zachtjes kroelen en masseren met de voortanden en lippen), uiteraard alleen als ze elkaar leuk vinden. Je zou kunnen zeggen, dat als paarden dat bij elkaar doen, dat ze dan ‘vriendjes’ zijn. Soms denken mensen dat hun paard van plan is te gaan bijten, als hun paard het hoofd naar ze toedraait, terwijl ze juist eigenlijk een ‘complimentje’ voor hun poetskunst krijgen. Hierna kun je dan zonder enige weglooppoging van je paard meestal op je gemak het halster omdoen. Het grote voordeel van hiervoor de tijd te nemen, is dat het steeds makkelijker wordt om je paard te pakken. Binnenkort komt hij al aanlopen, voor nog zo’n heerlijke kroelbeurt en hoef je niet eens meer naar hem toe.
Tip 5: Gebruik het ‘vriendschapsspel’ zodat je je paard overal kunt aanraken, zonder dat hij nog aanstalten maakt om weg te lopen, of je dreigt aan te vallen, als je door durft te gaan.
Het ‘vriendschapsspel’ doe je in eerste instantie met je handen: je aait je paard ritmisch over zijn hele lijf, van voor tot achteren en ook aan de andere kant. Je paard ‘ziet’ dit geaai aan voor het likken van bijvoorbeeld zijn moeder en daardoor associeert hij jouw aaien met het geborgen, veilige gevoel dat hij had toen hij nog als veulen bij zijn moeder bescherming zocht. Je kunt dit spel later uitbreiden met allerlei voorwerpen, zoals borstels, touwtjes, zelfs stokken en zwepen (uiteraard altijd zachtjes aaien), maar ook met bijvoorbeeld plastic zakjes. Hierdoor wordt je paard minder overgevoelig voor aanrakingen. Wel belangrijk bij dit ‘spel’ is de juiste timing. Meer over dit spel kun je o.a. leren tijdens onze 2-daagse Paard & Mens in Contact. Wil je eerst eens kennismaken? Kom dan naar de introductie!
Kom naar de introductie Paard en Mens in Contact!
Heb je specifieke trainingsvragen of wil je meer weten over onze aanpak? We organiseren bijna maandelijks een introductieclinic Paard & Mens in Contact! Tijdens deze interactieve demonstratietraining van 2,5 uur maak je kennis met technieken voor natuurlijk paarden trainen en met het paard als spiegel van je onderbewuste.
Foto en illustratie door Linda Polak
NRWC blog door Linda Polak.
Ik heb een pony die is zo super bang voor een halster , ik mag ook niet veel aan haar hoofd zitten, ik weet niet wat te doen
Hoi Simone,
Jouw pony heeft waarschijnlijk last van ‘kopschuwheid’, zoals dat heet. Kun je jouw pony wel op een ander lichaamsdeel aanraken? Je zou kunnen beginnen met het vriendschapsspel op haar schoft. Als je pony dit als prettig ervaart, kun je de hals erbij nemen. Het is de bedoeling dat je wrijft met je hand alsof je hand een soort paardenneus is. Al wrijvend ga je steeds een klein stukje naar de ‘spannende’ plek toe en meteen weer naar de prettige plek. Je blijft ritmisch heen en weer gaan, totdat je pony geen schrikreactie, of andere ontwijkreactie meer geeft. Op het moment dat je pony je gewrijf accepteert, moet je er meteen stoppen. Even je pony met rust laten en dan weer herhalen. Steeds weer opnieuw beginnend bij de plek die jouw pony nog oke vindt. Langzaamaan zul je hopelijk merken dat je pony steeds meer plekjes oke gaat vinden en jou op den duur zelfs toelaat bij zijn hoofd. Misschien gaat jouw pony jouw aanrakingen op een gegeven moment zelfs waarderen en ernaar verlangen. Dan kun je deze oefening uitbreiden met bijvoorbeeld het halster of het touw in je hand en je pony met het halster of touw aaien. Als je paard deze aanrakingen gaat accepteren, ben je dichtbij het kunnen halsteren. De belangrijkste tip hierbij is: Geen haast hebben! Succes! Groetjes Linda
Ik heb twee Grote D pony`s en gebruik ze aangespannen in het dubbelspan en dat gaat super goed.
Met het uit de wei halen heb ik met 1 van de pony`s problemen. Eerst ging het nog wel, al ging het wel moeilijk, maar nu laat ze zich niet meer pakken, loopt weg en slaat steeds met het hoofd opzij en begin te draven door de wei.
Als we het draad los laten en een lang touw pakken en zo een stuk van ongeveer 20 meter afzetten, kijkt ze om en gaat gaat dan rustig de wei uit en loopt de stal in en gaat dan wel met de kont op de deur aanstaan, maar daar trek ik mij niets van aan. Ik loop gewoon door en leg mijn hand op haar schoft en dan bij het halster en dan is er niets meer mee aan de hand. Maar wat kan ik er aan doen om haar weer te pakken in de wei?
Hoi John,
Zoals ik het begrijp, zonder erbij te zijn geweest, is het volgende aan de hand: Je pony liet zich al moeilijk pakken, maar de laatste tijd lukt het alleen door hem eerst te drijven naar een veel kleinere afgesloten ruimte. Het lijkt alsof je pony zijn tong naar je uitsteekt en zegt: ‘pak me dan, als je kan! ‘ Als je hem dan in die kleinere omgeving hebt, dan zegt je pony: ‘oké, oké, jij wint’ en dan geeft hij zich gewonnen en laat zich verder moeiteloos pakken?
Dit gedrag kun je het best omschrijven als: ‘Zullen we een spelletje doen?’ Het ‘spel’ gaat over ‘wie is hier de leider?’ en ‘zullen we doen wie het beste weg kan lopen voor roofdieren?’ Om dit gedrag om te buigen, kun je het beste gebruik maken van een ’roundpen’, oftewel een longeerbak. Bij gebrek aan longeerbak kun je ook een stuk afzetten in een wei, of bak van ongeveer 16x16m. Bij dit spel wordt je alleen als leider gezien, als jij degene bent die het paard op kan drijven zonder zelf al teveel te lopen. Degene die zijn benen moet gebruiken is niet de leider. Jij beweegt het paard, maar jouw paard mag niet de kans krijgen om jou te laten bewegen. Hierbij mag je gebruik maken van een zweep, maar uiteraard niet om het paard te slaan. De zweep helpt jou om precieze aanwijzingen te kunnen geven en zelf meer als paard over te komen bij jou pony. Het doel is om je pony uiteindelijk te laten inzien dat ‘bij jou zijn’ rust en veiligheid oplevert en voor jou weglopen alleen maar meer werk is. Hoe en waar je precies moet staan is essentieel, maar lastig uit te leggen op papier en daarom zou ik het graag eens aan je laten zien. Je bent uiteraard van harte welkom bij een van de Paard en Mens in Contact introductieworkshops waar ik deze techniek graag deel met iedereen die interesse heeft in paardvriendelijk trainen. Kijk voor de precieze data op deze pagina http://www.naturalwestern.nl/training-paard/ voor meer informatie over de Paard en Mens in Contact introductiemiddagen.
Ik heb sinds 4 maanden een Tinker. Ze is nu 1 jaar. Ik mag haar aan de achterkant en dus ook haar staart niet kammen/borstelen. Wel mag ik even met mijn handen over haar rug aaien. Het lijkt of er iets met haar is gebeurd ooit waardoor ze hier zo bang voor is.
Wat kan ik doen om haar te leren dat het goed is en geen kwaad kan. Laat ik voorop stellen dat ik veel geduld heb
Beste Marianne,
Hartelijk dank voor jouw vraag over jouw Tinkermerrie van 1 jaar oud en hoe je haar kunt leren dat aanraken best fijn kan zijn. Wat er gebeurd is met jouw Tinker, daar kunnen we slechts naar raden, maar dat ze het heel moeilijk vindt om jou aan haar achterkant toe te laten, dat is een ding wat zeker is. Voor dit probleem kun je vooral veel hebben aan tip 5 in dit blog. Ik ben er in de tekst nogal snel doorheen gegaan en heb alle nuances en mogelijkheden voor toepassing hiervan niet genoemd, puur om de blog leesbaar te houden.
Wat jou te doen staat is het volgende: “start met het aaien op een plekje waarvan jouw paard het duidelijk kan waarderen. Daarna beweeg je ritmisch je hand richting de plek waarvan je weet dat je paard daarop gaat reageren. Nog voordat je paard daadwerkelijk reageert door zich terug te trekken, of zich boos te maken, trek jij je al terug en gaat ritmisch van en naar die plek, totdat je paard het eigenlijk best oké vindt. Dat is het moment dat je even je hand weghaalt en het paard even ‘beloont’ voor het niet-reageren! Je hervat deze oefening en doet hem minstens 3 maal op dezelfde plek om te beoordelen of de reactie van je paard nu minder heftig wordt, of zelfs helemaal uitblijft. Zodra je geen enkele negatieve reactie meer hebt gekregen kun je verder. Je verplaatst het plekje waar je nu wilt aaien iets dichter naar het ‘enge plekje’. Hou de afstanden in het begin klein en wees al blij met bijvoorbeeld een centimeter dichterbij kunnen komen. Het is belangrijk dat je steeds ritmisch het enge plekje benadert en je weer terugtrekt zonder het paard los te hoeven laten. Het liefst bind ik mijn paarden hierbij niet vast, omdat ze best mogen lopen om hun stress kwijt te kunnen. Ik doe mijn paard een touwhalster om met een heel lang leidtouw of longeerlijn, zodat ik niet ‘aan het kortste eind trek’ en ik sla dit touw losjes om mijn arm (Let op! Wikkel je touw absoluut NIET om je hand, of arm, maar vouw je touw in grote lussen en laat deze losjes over je arm hangen. Als je wel je touw om je hand hebt gewikkeld en het paard trekt ineens hard aan het touw, zit je hand klem en krijg jij die in de paniek die daarop volgt niet zomaar los). Als mijn paard het nodig heeft om te bewegen om zijn stress kwijt te kunnen, dan blijf ik staan en vorm een soort middelpunt (ik draai mezelf uiteraard wel mee, maar zet geen stap naar voren of naar achteren) en mijn paard mag dan rondjes om mij heen blijven lopen zoveel hij wil, maar we blijven echter wel op die plek en hij komt geen stap verder van mij af. Ondertussen blijf ik, al draaiende, de nader- en terugtrek bewegingen maken met mijn vrije hand, waarbij ik goed oplet wanneer mijn paard de geringste poging doet om tot rust te komen. Het is van groot belang om op tijd op te houden met het wrijven of aaien, zodat je paard het verband begint te snappen tussen zijn tot rust komen en het weghalen van de ‘druk’. Na verloop van tijd zul je merken dat je steeds dichter bij het ‘enge plekje’ kunt komen, zonder dat je paard in de stress schiet. Dit spelletje noem ik het ‘vriendschapsspelletje’. Je kunt dit spel ten alle tijde spelen hoe lang je maar wilt, als je maar eindigt met iets wat een verbetering was op hoe je het spel begon. Mocht je hier nog wat hulp bij kunnen gebruiken, schroom dat niet om contact met me op te nemen via het contactformulier. Ik kom met alle liefde bij jou op stal voor een sessie paardentaal. Laat me alsjeblieft weten hoe het gegaan is. Wij horen graag je succesverhaal!
Groetjes Linda